Jeremia grootste profetenboek, groter dan Jesaja en Ezechiël.

Waarschijnlijk is er geen profeet met deze naam Jeremia geweest, het boek Jeremia is waarschijnlijk een verzameling van teksten uit tientallen jaren en van verschillende schrijvers.

Uit de 7e eeuw voor Christus.

Het volk is ontrouw aan God en Jeremia moet het volk waarschuwen voor de dreigende inval vanuit het Noorden, die uiteindelijk zal uitlopen op de ballingschap wat in het laatste hoofdstuk van het boek Jeremia wordt beschreven.

Misschien kennen we het woord jeremiëren nog, dat betekent klagen, jammeren, vooral in de negatieve zin van ‘zeuren’.

Jeremia als de spreekwoordelijke klager, maar dat is onterecht, zijn klachten over het volk Israël zijn heel terecht.

Vanmorgen horen we over de roeping van Jeremia.

En de korte beschrijving van Marcus van de beproeving van Jezus in de woestijn en het begin van zijn weg en verkondiging, nadat Jezus in de Jordaan is gedoopt.

 

Lezing Oude Testament: Jeremia 1: 4-19, 

Evangelielezing: Marcus 1: 12-15, 

 

Vandaag komen twee lijnen bij elkaar.

Vanuit het kindernevendienstproject met de traditionele lezingen voor deze Veertigdagentijd, de weg van Jezus vanaf het begin van zijn optreden tot in Jeruzalem waar hij zal sterven.

En vanuit de symbolische schikking de weg van de profeet Jeremia, aansluitend bij het alternatieve leesrooster voor deze weken.

Twee mannen, Jezus en Jeremia, die door God geroepen worden.

Tussen hun optreden zit zo’n 700 jaar.

Jezus begon rond het jaar 30 zijn weg en werk, ook ongeveer 30 jaar oud.

En Jeremia zo’n 650 jaar vóor het begin van de jaartelling, vóor Christus dus.

Jeremia waarschijnlijk nog een tiener, max. 20 jaar, misschien nog jonger.

700 jaar zit ertussen maar beiden leven ze in een situatie van onderdrukking of dreigende onderdrukking.

Als Jezus rondtrekt zijn de Romeinen de baas in Israël,

en meteen in het eerste hoofdstuk van Jeremia horen we dat vanuit het noorden het onheil over de inwoners van Israël zal worden uitgestort.

Volken uit het noorden zullen het land binnenvallen.

 

Beiden, Jeremia en Jezus zijn al voor hun geboorte bestemd en gezegend tot dienst aan God, uitgekozen als profeet voor alle volken.

Jezus natúurlijk zou je kunnen zeggen, door de engel aangekondigd aan Maria, dat hij een groot man zal zijn en Zoon van de Allerhoogste zal worden genoemd.

Maar van Jeremia is dat eigenlijk heel opvallend.

Van geen van de andere profeten wordt dat beschreven, ook niet de hele bekende zoals Jesaja of Ezechiël.

Voor Jeremia klinkt: ‘Voordat ik je vormde in de moederschoot had ik je al uitgekozen’.

Je zou kunnen zeggen: ‘Hij is er voor in de wieg gelegd’, heel geschikt voor het ambt van profeet.

Al vindt Jeremia dat zelf niet bepaald: ‘Nee, mijn God, ik kan het woord niet voeren, ik ben te jong!’.

Waarbij je dan weer aan Mozes moet denken, die bij de brandende braamstruik ook tegenstribbelde bij zijn roeping: ‘Wie ben ik? Ze zullen me niet geloven. Ik ben geen goede spreker’.

En ook net als bij Mozes belooft God ook Jeremia: ‘Ik zal je terzijde staan en je redden’.

Ik zal bij je zijn.

 

Ook voor beiden, Jeremia en Jezus, is er, na het aangekondigde, beloftevolle begin, direct aan het begin van hun weg als profeet de confrontatie met het kwaad.

Voor Jeremia de aankondiging van het onheil, de inval van volken uit het noorden.

Voor Jezus, hoe kort ook verteld bij Marcus, de beproeving door Satan.

Beiden, in dienst van God maar ‘mens op aarde in deze wereldtijd’,

tussen vrede en strijd, honger en dorst, vragen en angsten, kommer en koorts.

Het lied van de mens op aarde.

Hét lied eigenlijk wel van de Veertigdagentijd.

Over Jeremia, Jezus, en tegelijk ook over ons, over mensen van alle tijden.

Over de dubbelheid van het leven waar maar weinigen, eigenlijk niemand, voor gespaard wordt.

En hoe daarin je weg gaan, je leven leven, volhouden, de moed erin houden ondanks alle weerstand, verleidingen, zorgen en misschien zelfs het leven bedreigende wat daarbij op je pad kan komen.

Hoe daarin je weg zoeken, ook vanuit je geloof, ‘de woorden die opgeschreven staan’, erop blijven vertrouwen dat je mag leven ‘vanuit genade’.

Hoe daarin ‘mens te zijn op aarde’?

Het is een vraag voor alle tijden, voor ieder van ons.

 

Er is, en niet alleen bij Jeremia en Jezus, er is zoveel kwaad in de wereld dat de bedoelingen  van God, van het goede leven, doorkruist.

Dreiging van het kwaad waarin Jeremia wordt geroepen als profeet.

Kwaad, een duivelse stem, die Jezus probeert af te houden van zijn roeping.

En hoe zwaar die roeping kan zijn tegenover het kwaad zullen we in de loop van het boek van Jeremia horen in zijn klachten, zijn huilen, letterlijk, om het kwaad, het lot van Israël.

En zelfs een heel boek is gewijd aan de Klaagliederen van Jeremia.

En we weten hoe zwaar Jezus z’n weg hem valt, tot tranen toe is hij wanhopig in de hof van Getsemané.

Tranen waarin we de tranen mogen herkennen van al de mensen die lijden in de wereld,

in de zorgen, moeiten of het verdriet in hun leven.

 

Het is letterlijk ten hemel schreiend als we zien wat mensen kan overkomen, wat mensen elkaar aandoen.

We kunnen wéer de ellende en de oorlog in Oekraïne en tussen Israël en Hamas noemen.

Zoveel doden en vernieling van huizen, levens en toekomst.

Maar ook de dood van een enkeling, Navalnyi, die symbool staat voor zovelen die opkomen voor hun idealen, voor recht, democratie, strijden tegen corruptie,

en dat met de dood moeten bekopen.

Zoveel mensen, mannen, vrouwen, vaders en moeders die treuren om hun gestorven geliefden, om hun kinderen gedood door oorlog, honger, ziekte, of andere rampen.

En ieder van ons kan daarin zijn of haar eigen tranen invullen.

Tranen die we misschien niet aan anderen laten zien, maar die er wel zijn in de stilte van je huis, je bed, van binnen in je hart.

 

‘Een mens te zijn op aarde’, in wind en vuur, met vragen en angsten, kommer en koorts.

En tegelijk toch ook, proberen, te leven van genade, van de woorden die opgeschreven staan, en net als Jezus worden, die het ons heeft voorgedaan.

 

Bij Jeremia komen we twee beelden tegen die die dubbelheid in het leven van Jeremia en van Jezus, maar ik denk in het leven van ieder mens, zeker ieder gelovig mens verbeelden.

 

De Amandeltwijg die in het voorjaar uitbot.

God laat het Jeremia zien.

Een hoopvol beeld.

De Amandelboom is in Israël na de winter één van de eerste bomen die, eigenlijk zelfs nog in de winter, weer knoppen en witte bloemen laat zien.

De Amandelboom wordt ook wel ‘waakboom’ genoemd, die als eerste aankondigt dat de lente ontwaakt en op komst is, zoals bij ons de sneeuwklokjes.

‘Zoals de amandelboom uitbot in het voorjaar zo zal ik mijn woorden uit laten komen’ zegt God tegen Jeremia.

De Amandelboom is in de Bijbel ook beeld van de waakzame God, teken dat God de wereld niet aan zichzelf, niet aan het donker overlaat

maar steeds weer nieuw begin laat ontspruiten.

God die waakt over deze wereld ook als iedereen denkt dat God dood is of zich uit de wereld heeft teruggetrokken.

De eerste knoppen van de Amandelboom kondigen de lente aan, nieuw begin, nieuw leven.

En zoals de Amandelboom in het voorjaar uitbot, zo zal ik mijn woorden uit laten komen’, zegt God tegen Jeremia.

 

Een hoopvol beeld waar God mee begint als God Jeremia roeptl

Gelukkig maar, want er volgt nog een beeld: ‘een gloeiend hete kookpot die vanuit het noorden overhelt’.

Beeld van het onheil, het kwaad dat Israël zal overstromen, de volken die het land zullen bezetten en het volk in ballingschap zullen brengen.

Jeremia moet het volk waarschuwen voor het onheil dat over hen zal komen vanwege hun ontrouw aan God.

Geen opdracht zonder risico.

We zien ook nu nog in onze tijd wat er gebeurt met degenen die kritiek hebben op het regiem.

En in die tijd zal dat niet anders geweest zijn.

En ook minder extreem willen velen nog steeds niet horen dat het de verkeerde kant op gaat met de wereld, met onze manier van leven, met de natuur, het milieu, de leefbaarheid.

Of met de manier van omgaan met elkaar.

Dan wordt je ‘woke’ genoemd – wat trouwens ook van het woord ‘waken’ en waakzaam komt.

Waakzaam, alert zijn op onrecht, racisme en seksisme of andere misstanden in de maatschappij.

Maar ‘woke’ is in bepaalde kringen tot een scheldwoord geworden en kan heel wat vervelende en zelfs bedreigende tweets opleveren.

 

En dan toch staande blijven, zoals Jezus en Jeremia, en je weg blijven gaan.

Staande blijven in de weerstand die je tegenkomt.

In de beproevingen, verleidingen die je proberen af te houden van de weg die je wilt gaan.

Durven blijven zeggen wat je vindt, doen wat je belangrijk vindt.

Of het nu gaat over politieke en maatschappelijke zaken,

over hoe je je leven wilt leven, duurzaam, minder verkwistend en belastend voor het milieu,

of uitkomend voor je geloof en gelovig in het leven staan.

Deze week hebben we weer gezien wat al te kritische geluiden kan brengen.

En toch zijn er steeds weer mensen die zich laten horen, ook al weten ze dat het, in bepaalde landen, hun leven kan kosten.

Toch zijn er steeds weer mensen die de straat opgaan, de politiek ingaan,

of op hun eigen, misschien bescheiden plek zeggen en doen wat ze vinden dat er gezegd en gedaan moet worden.

 

‘Wat, wie heb je nodig?’ vraagt vandaag het kindernevendienstproject.

Jezus in de beproeving in de woestijn grijpt in de uitgebreidere vertelling van Matteüs terug op de woorden, zoals van psalm 91 die wij als intochtpsalm gezongen hebben.

‘Leven van de woorden die opgeschreven staan’.

En engelen komen en zorgen voor hem.

‘Zo zal God dicht bij je zijn elke nieuwe morgen’, zong het projectlied.

En ook voor Jeremia klinkt de belofte van God: ‘Ik zal je terzijde staan en je redden’.

 

Belofte als een amandeltak.

Hoe koud ook nog de winter,

hoe donker en kil de tijd, de sfeer in de samenleving soms ook voelt,

hoe onherbergzaam, onzeker misschien je leven, je gezondheid, je moeite met alle veranderingen, het ouder worden, alleen zijn,

of juist als jongere het opgroeien in deze onrustige, onzekere en veeleisende tijd,

kortom: ‘een mens te zijn in deze wereldtijd’ mét alles wat lied 538 daarbij bezingt.

 

Daarin, in dat alles zijn er ook de woorden die opgeschreven staan,

die als de knoppen van de amandeltak in de winter ons herinneren aan de belofte dat er leven, goed en mooi leven kan en weer zal zijn.

‘Zoals bloesem de lente roept,

 Luister!’

 

Volgende kerkdienst

  • Eerstvolgende kerkdienst is op
    zondag 28 april om 10:00 uur
    Voorganger:
    ds. Reinhard van Elderen
    Locatie: De Toevlucht

Save
Cookies user preferences
De Twitter feed benodigt toestemming voor cookies, maar u mag deze ook weigeren.
Alles accepteren
Alles weigeren
Analytics
Tools used to analyze the data to measure the effectiveness of a website and to understand how it works.
Twitter
Accepteren
Weigeren